Vanaf achttien jaar is uw kind meerderjarig. Hij/zij is dan handelingsbekwaam. Dit wil zeggen dat hij/zij zelfstandig (zonder toestemming van ouders of voogd), ‘rechtshandelingen’ kan verrichten die niet kunnen worden teruggedraaid.
Denk bijvoorbeeld aan het kopen van een auto of een huis of het sluiten van een huwelijk.
Als uw kind minderjarig is, kunnen de ouders (of voogd) een rechtshandeling terugdraaien of, zoals in het geval van een huwelijk, voorkómen. Is hij/zij meerderjarig, dan is hij/zij zélf verantwoordelijk voor alles wat hij/zij doet.
Soms is iemand onvoldoende in staat om de eigen belangen goed te behartigen of voor zichzelf te zorgen. De wet geeft dan de mogelijkheid om (een deel van) de goederen van diegene onder bewind te stellen. Officieel heet deze maatregel ‘onderbewindstelling ter bescherming van meerderjarigen’. Het is ook mogelijk om voor iemand die op het persoonlijke (niet financiële) vlak niet voor zichzelf kan zorgen een mentor te benoemen.
De mentor geeft zo iemand advies en neemt zoveel mogelijk in overleg met hem beslissingen op het gebied van diens verzorging, verpleging, behandeling en begeleiding. Tenslotte biedt de wet de mogelijkheid iemand onder curatele te stellen. De kantonrechter beslist over de ondercuratelestelling, de onderbewindstelling en het mentorschap. Ook als iemand onder curatele staat en die curatele moet worden vervangen door een bewind en/of mentorschap, beslist de kantonrechter.
Op de website van de rijksoverheid kunt u meer informatie vinden over curatele, bewind en mentorschap.